Press "Enter" to skip to content

August Allebe

Boek: ‘Waarde heer Allebé’
Leven en werk van August Allebé (1838-1927)
C. van Tuyll van Serooskerken, W. Loos

August Allebé was opgeleid aan de Academie van Amsterdam en aan de École des Beaux-Arts in Parijs. In 1864, na wat tegenslagen in de ontwikkeling van zijn loopbaan, kwam hij naar Dongen om in een rustige omgeving tot zichzelf te komen en inspiratie op te doen. Waarschijnlijk onder invloed van het boek Silas Marner(The weaver of Raveloe) van George Eliot verdiepte hij zich in het leven op het platteland dat in die vorm door de oprukkende industrialisatie gedoemd was te verdwijnen. In dat boek beschrijft Eliot het bestaan van een thuiswever, opgesloten in zijn kleine huis. Kort na zijn aankomst schilderde hij ook een wever. In de daaropvolgende tien jaar is Allebé veelvuldig in Dongen en haalt tevens andere kunstenaars daarheen. Hij maakt er vele tekeningen. Soms maakt hij uit verschillende figuurstudies een compleet nieuw schilderij, dat met de realiteit niets of weinig van doen heeft. Dat is het geval met het hier afgebeelde doek het Buurpraatje uit 1869. Het ontstond uit deels ook bewaard gebleven losse tekeningen die hier samen werden gevoegd tot een schilderij dat drie generaties vrouwen laat zien.

Uit hetzelfde jaar dateert het schilderij met als titel Ouder worden / koffiemalen. Er zijn meerdere versies van dit schilderij dat daar ook wel de titel Troost heeft meegekregen. Het model voor dit schilderij was de boerin Pieternella Verhoeven, een ongetrouwde vrouw die samen met haar boer een boerderij aan de Hoge Ham in Dongen bewoonde. Bij dit schilderij heeft Allebé zich grotendeels gehouden aan de tekeningen die hij van haar maakte. Alleen de kat is daaraan toegevoegd; die komt op de tekeningen niet voor.

Allebé werd in 1870 benoemd tot hoogleraar aan de Rijksacademie voor Beeldende Kunsten in Amsterdam, waar hij gevierd leraar werd en waar hij van 1890 tot 1906 directeur was. Zelf bezocht hij Dongen in 1875 voor de laatste keer. Wel heeft hij studenten van de Rijksacademie daar nog heen gestuurd onder wie Suze Robertson en Jan Veth. Ook attendeerde hij Max Liebermann op de mogelijkheden die de omgeving van Dongen hem zou kunnen bieden.

Werken van August Allebé zijn onder andere te vinden in het Rijksmuseum, en het Stedelijk Museum.
InAmsterdam  is een plein naar August Allebé genoemd. Veel van de straten daaromheen dragen de namen van zijn leerlingen. August Allebé is in 1927 begraven op Zorgvlied.

//